BLL legt GPSG uit

Wetgeving over apparaat- en productveiligheid herzien

Op 9 januari 2004 werd de wet betreffende de reorganisatie van de veiligheid van technische arbeidsmiddelen en consumentenproducten (Wet op apparatuur en productveiligheid - GPSG) gepubliceerd in de Federal Law Gazette. Het treedt in werking op 1 mei 2004 en vervangt vanaf dat moment de Productveiligheidswet en de Materieelveiligheidswet, die gelijktijdig aflopen.

1. Doel en functie van de GPSG

De GPSG vat de veiligheidseisen voor technische arbeidsmiddelen en consumentenproducten samen die eerder waren gedistribueerd in de Product Safety Act en de Equipment Safety Act, die ook de producten omvatten die onder de Food and Consumer Goods Act (LMBG) vallen, in een enkele reeks voorschriften en stelt de EU-richtlijn 2001/95 / EC vast van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2001 inzake algemene productveiligheid. Het doel is om een ​​alomvattende wet te creëren om veiligheid en gezondheid te garanderen in verband met het op de markt brengen van technische producten voor deregulering en debureaucratisering.

De nieuwe GPSG neemt de functie van de vorige Productveiligheidswet over, namelijk enerzijds de overkoepelende functie voor alle consumentenproducten in de zin van de Productveiligheidsrichtlijn, en anderzijds de vangfunctie voor andere producten waarvoor geen bijzondere wet bestaat. Als wettelijke minimumnorm is de GPSG bedoeld om hiaten tussen bestaande regelgeving te dichten en een algemene - zij het subsidiaire - juridische basis voor consumentenbescherming te creëren. Na een tweestaps controle treedt de GPSG pas in werking indien andere wettelijke bepalingen niet minstens gelijkwaardige bepalingen bevatten a) met betrekking tot de veiligheidseisen en b) de overige verplichtingen van de distributeur. Dit zorgt ervoor dat de basiselementen van effectieve consumentenbescherming met betrekking tot productveiligheid van toepassing zijn op alle producten die door consumenten worden gebruikt.

2. Differentiatie tussen levensmiddelenwetgeving en GPSG

Volgens sectie 1 (3) GPSG is de wet op apparatuur en productveiligheid niet van toepassing als andere wettelijke bepalingen ten minste gelijkwaardige bepalingen bevatten. De te maken vergelijking met de bijzondere wettelijke bepalingen is enerzijds in zin 1 over de garantie van veiligheid en gezondheid en anderzijds in zin 2 over de garantie van de inhoud van §§ 5, 6, 8, 9 en 10 GPSG (zowel markttoezicht als voor Publicatie van informatie over gevaarlijke consumentenproducten). Dit komt overeen met het doel van de GPSG om ervoor te zorgen dat de basiselementen van effectieve consumentenbescherming met betrekking tot productveiligheid en markttoezicht als minimumstandaard gelden voor alle producten die door consumenten worden gebruikt.

a.) Toepassingsgebied voor voedsel

Voor voedingsmiddelen die alleen werden beïnvloed door de voorschriften voor terugroepacties en openbare waarschuwingen (§§ 8-10, 15 Paragraaf 2 Nr. 2, Paragraaf 3 van de Productveiligheidswet) volgens de vorige Productveiligheidswet, is de Equipment and Product Safety Act (GPSG) van toepassing De BLL zal pas relevant worden voor een overgangsperiode tot 31 december 2004. De veiligheidseisen voor het op de markt brengen van voedsel zijn veel specifieker in de levensmiddelenwetgeving en gereguleerd op een niveau dat minstens gelijkwaardig is aan de GPSG. Dienovereenkomstig valt naar de mening van de BLL voedsel volledig onder de uitzondering in artikel 1 (3) zin 1 GPSG. Een overeenkomstige verklaring eerder in de officiële rechtvaardiging werd helaas weggelaten in de loop van het wetgevingsproces, omdat hierin alle producten van de LMBG werden genoemd, die in deze vorm niet houdbaar leken. Dit neemt echter niet weg dat de bepalingen van de GPSG, die dienen om de veiligheid en gezondheid te garanderen, vanwege de bijzondere eisen in de levensmiddelenwetgeving niet van toepassing zijn op voeding.

Ook met betrekking tot de tweede gelijkwaardigheidstest volgens § 1, lid 3, zin 2, GPSG aan de andere verplichtingen van de distributeurs volgens §§ 5, 6, 8, 9 en 10 GPSG, is er vanuit het oogpunt van de BLL met betrekking tot voedsel slechts voor een overgangsperiode tot 31 december 2004 beperkte toepasbaarheid van de GPSG. Dit is te wijten aan het feit dat de LMBG momenteel geen voorschriften bevat over terugroepacties en openbare waarschuwingen, zodat in dit opzicht - zoals eerder in §§ 8-10, 15 Paragraaf 2 nr. 2, Paragraaf 3 van de Productveiligheidswet - over de overeenkomstige voorschriften van § 8 Paragraaf 4 en 5 GPSG zullen moeten worden gebruikt.

De inhaalfunctie van de GPSG blijft echter alleen bestaan ​​voor voedingsmiddelen tot de gespecificeerde datum, aangezien vanaf 1 januari 2005 artikel 19 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot oprichting ervan de algemene beginselen en vereisten van de levensmiddelenwetgeving, de oprichting van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en de vaststelling van voedselveiligheidsprocedures (de zogenaamde EU-basisverordening), die eindelijk de gebieden regelt van terugroepacties en rapportageverplichtingen voor levensmiddelen op Europees niveau in de levensmiddelenwetgeving. Daarnaast zal de nieuwe Food and Feed Code (LFGB), die momenteel wordt besproken, naar alle waarschijnlijkheid aanvullende (implementatie) voorschriften bevatten over product recalls en publieke waarschuwingen voor producten die onder de scope van de LFGB vallen.

Dienovereenkomstig kan worden aangenomen dat voedingsmiddelen die in de toekomst zullen vallen onder artikel 19 van Verordening (EG) nr. 178/2002 of (momenteel) artikel 39, lid 2, nr. 2; Paragraaf 5 nr. 2 LFGB worden niet langer beïnvloed door de bepalingen van de nieuwe wet op apparatuur en productveiligheid vanaf 1 januari 2005, vanaf dat moment ook gelijkwaardige bepalingen als de artikelen 5, 6, 8, 9 en 10 GPSG zijn opgenomen in de relevante bijzondere wettelijke bepalingen van de levensmiddelenwetgeving.

b.) Toepassingsgebied voor andere producten van de LMBG / LFGB

Voor de overige producten in de scope van de LMBG of de toekomstige LFGB (consumptiegoederen, cosmetische producten) zal nog in detail moeten worden nagegaan of en in hoeverre de bepalingen van de GPSG hierop als terugvalregel van toepassing zijn. Dit geldt op zijn beurt enerzijds met betrekking tot de veiligheidseisen en anderzijds met betrekking tot de overige verplichtingen van de distributeur. Ten aanzien van consumptiegoederen dienen in ieder geval de materiële eisen voldoende gedekt te worden door de LMBG / LFGB. In hoeverre volgens de GPSG-voorschriften rekening moet worden gehouden met aanvullende veiligheidseisen (bijv.van arbeidsveiligheid), moet van geval tot geval worden gecontroleerd. Aangezien de andere producten in ieder geval niet vallen onder de bijzondere voorschriften inzake terugroep- / intrekkings- / meldingsverplichtingen van Art. 19 van Verordening (EG) nr. 178/2002, is het beantwoorden van de vraag of de voorschriften van de GPSG in dit opzicht van toepassing zijn, de inhoud en de exacte reikwijdte van de bijbehorende LFGB-regelgeving wordt afgewacht. Alleen dan kan worden beoordeeld of en in welke mate de GPSG in deze gevallen zal worden vervangen door meer specifieke bepalingen van de levensmiddelenwetgeving.

Bron: Bonn [bll]

Opmerkingen (0)

Er zijn hier nog geen reacties geplaatst

Schrijf een reactie

  1. Plaats een reactie als gast.
Bijlagen (0 / 3)
Deel je locatie